Maandag werd de nieuwe president geïnstalleerd. Die nieuwe president heet eigenlijk Joko Widodo, maar wordt Jokowi genoemd. De naam van zijn voorganger werd ook afgekort, maar dat was meer uit praktische overwegingen. Ook voor Indonesiërs, die lange namen wel gewend zijn, is Susilo Bambang Yudhoyono iets te veel van het goede. Het werd dus SBY (esbéjé).
Dat het er toch van kwam, was een hele opluchting. Al weken gonsde het van geruchten over een constitutionele staatsgreep. Jokowi won de verkiezingen met 53 procent tegen 47 procent van Prabowo Subianto, voormalig generaal en schoonzoon van oud-dictator Suharto. Prabowo had de verkiezingsuitslag aangevochten bij het Constitutionele Hof en had al verschillende keren laten weten nimmer te zullen accepteren dat hij niet president zou worden. Dat beloofde weinig goeds. Toen ook nog eens bleek dat Prabowo in staat was een meerderheid in het parlement achter zich te krijgen, kon in feite alles gebeuren.
Indonesische juristen zijn wel eens snel tevreden met hun werk. Er kwam dus al gauw aan het licht dat de Indonesische Grondwet geen waarborgen kent tegen overhaaste wijzigingen. In Nederland zijn er voor een grondwetswijziging nieuwe verkiezingen en een een tweederde meerderheid nodig. In Indonesië is 50 procent + 1 stem genoeg, zonder tweede lezing. Prabowo was dus in staat om met zijn parlementaire meerderheid nog vóór de installatie de Grondwet zo te wijzigen dat Jokowi helemaal geen president zou worden, verkiezingsuitslag of niet.
Het is met een sisser afgelopen. Jokowi krijgt iedereen plat. Hij is de man van het volk, omdat hij van het volk is. "Het is de buurman die besloot president te worden", schreef iemand. Hij doet gewoon, is niet geïnteresseerd in luxe of uiterlijk vertoon, en duikt het liefst uit het niets op tussen de mensen op straat. Blusukan heet dat in het Javaans (‘een ommetje maken’) en dat is de term geworden voor zijn politieke strategie. Jokowi praat met de mensen, lacht met de mensen en eet met de mensen en weet hen terloops te overtuigen. Dat is voor hem niet moeilijk, want hij weet wat hij wil en is altijd fair en eerlijk ten opzichte van iedereen.
Prabowo is ook om. Hij heeft al uitgesproken Jokowi te zullen steunen, maar hem ook kritisch te zullen volgen. Dat is goed genoeg. De gevestigde elite gaat het nog moeilijk krijgen. Jokowi heeft niets met politieke privileges en al helemaal niets met corruptie. SBY beweerde dat ook, maar omdat de hele top van zijn partij (de Democraten) inmiddels voor jaren in de gevangenis zit, geloofde geen mens dat. Bij Jokowi is het menens.
Maar Indonesië zou Indonesië niet zijn als het geen oog zou hebben voor de écht grote problemen waar Jokowi voor komt te staan. Problemen die min of meer door de Hollanders zijn veroorzaakt. De dagen vóór de installatie ging het meest gelezen bericht op de nieuwssites niet over de plannen van de nieuwe regering, niet over de aanpak van corruptie en zelfs niet over sport. Het was een berichtje over de dochter van de vierde president, Gus Dur. Ze had Jokowi namelijk een dringend advies gegeven.
De Indonesische president kan kiezen uit twee paleizen om in te wonen, het Istana Merdeka (Onafhankelijkheidspaleis) en het Istana Negara (Staatspaleis). Die liggen met de achterkanten naar elkaar toe en een tuin ertussen middenin Jakarta. Het zijn fraaie, koloniale gebouwen met strak witte gevels en imposante pilaren. Maar ze delen een euvel dat alle koloniale gebouwen gemeen hebben: er zijn spoken. Dat is geen fabeltje, want iedere Indonesiër is er voor de volle 100 procent van overtuigd dat in elk koloniaal gebouw de geesten van overleden Nederlands-Indische ambtenaren rondwaren, gekleed in een wit tropenkostuum.
De dochter van Gus Dur gaf Jokowi op basis van haar eigen ervaringen het advies om niet in het Istana Merdeka te gaan wonen, want daar is het vergeven van de spoken en dat is geen doen. In het Istana Negara schijnt het nog mee te vallen. Kijk, dat is voor Indonesiërs een advies waar je wat mee kunt.
Fokke Fernhout