Euze Tom en de wetenschapper: zonder toeval gaat het niet

Medewerkerscolumn

06-06-2017

Wat hebben Mestreechteneer Tom Dumoulin en de gemiddelde wetenschapper gemeen? Dat hun succes, behalve uiteraard van hard werken en talent, óók afhankelijk is van toeval. In de topsport is dit algemeen bekend en probeert men om de rol van het toeval zoveel mogelijk te minimaliseren. Langs de kant van de weg een Dumoulinnetje doen – weinig uitdrukkingen zullen in zo korte tijd zijn ingeburgerd – moet bij voorkeur worden voorkomen. Een gelletje te weinig of een veegje te veel kan je immers zomaar de overwinning kosten.

In de wetenschap bestaat minder aandacht voor de rol van toeval. Zo zien beleidsmakers onderzoek nog steeds vaak als een lineair proces dat, mits maar de juiste vooraf bedachte stappen worden gezet, automatisch leidt tot wetenschappelijke doorbraken. Niets is minder waar. De ideeën die echt de moeite waard zijn overvallen je.

Ook in het universitaire personeelsbeleid wordt de rol van toeval weinig onderkend. Dat beleid is terecht gericht op het binnenhalen en behouden van hardwerkend talent, maar niet alle talent stoot door naar een aantrekkelijke positie. Ik realiseerde mij dat onlangs opnieuw toen ik als lid van de VICI-commissie Sociale en Geesteswetenschappen vooraanmeldingen beoordeelde: in het ene vakgebied hoppen kandidaten met briljante track records niet zelden van de ene tijdelijke baan naar de andere terwijl jonge talenten in andere disciplines soms al lang hoogleraar zijn. Het op de juiste tijd op de juiste plaats zijn, speelt een grotere rol dan je zou willen.

De constatering dat academisch succes afhangt van toeval is niet nieuw. Exact honderd jaar geleden stelde Max Weber dat al vast in zijn beroemde voordracht over Wissenschaft als Beruf. Hij beschrijft het academisch leven – iets te dramatisch – zelfs als ‘ein wilder Hazard.’ Zijn tekst is overigens verrassend actueel en gaat over alle grote thema’s van vandaag: de verbondenheid van onderwijs en onderzoek, rendementsdenken, specialisatie en het grote belang van het vaststellen van de feiten.

Weber heeft minder aandacht voor de vraag hoe de rol van toeval bij het opdoen van ideeën, zoveel mogelijk kan worden bevorderd. Het belangrijkste lijkt me dat men in staat is om de gebruikelijke academische drukte af te wisselen met momenten van opperste concentratie. Als het er op aan komt, moet je in staat zijn om je wereld even heel klein te maken en diep te gaan. Zo lijken topsport en wetenschap ook in dat opzicht op elkaar.

Jan Smits, hoogleraar Europees Privaatrecht

Euze Tom en de wetenschapper: zonder toeval gaat het niet
Nieuwe Jan Smitsfoto p.2
Auteur: Redactie
Categoriëen: nieuws_boven
Tags: smits

Voeg reactie toe

Klik hier voor onze privacyregels

Vanaf januari 2022 plaatst Observant alleen nog reacties van mensen wier naam bekend is bij de redactie.