Vooropgesteld, de luchtkwaliteit in de gebouwen van de Universiteit Maastricht is goed, zegt Pauline Arends, hoofd werkgezondheid en -veiligheid (Arbo UM). Toen de gebouwen in mei 2020 na de eerste lockdown weer opengingen voor een beperkt aantal mensen, is er een uitgebreide check gedaan van alle ventilatie-installaties in samenwerking met een speciaal adviesbureau. “Ze voldoen aan alle eisen.”
“Toch kunnen wij ons voorstellen dat mensen vragen hebben”, zegt Arends. “Velen hebben 1,5 jaar in angst geleefd, nu zijn ze weer met meerdere mensen in een ruimte, ze willen weten of het veilig is. Op deze manier kunnen ze laagdrempelig hun zorgen uiten.”
Zo nodig kan de gebouwenbeheerder metingen doen om de luchtkwaliteit in een bepaalde ruimte te controleren. Daarnaast is het ook een kwestie van gedrag, zegt Arends. “We hebben vastgesteld hoeveel mensen er in een ruimte kunnen zitten. Als er meer stoelen worden bijgeschoven tijdens een vergadering, klopt dat niet meer.” Denk ook aan inpandige ruimtes (zonder ramen), vult Ronald Wilmes, hoofd vastgoed, aan. “Daar mag je volgens de Arbowet maximaal twee uur achter elkaar zitten. Het is aan jezelf om daar rekening mee te houden. Al komen we natuurlijk wel langs als iemand klachten heeft, we zijn daar niet rigide in.”
Hetzelfde geldt voor ruimtes waar geen mechanische ventilatie is en de frisse lucht dus moet komen van open ramen en deuren. Met de wintermaanden op komst zal het daardoor in sommige ruimtes wel kouder zijn dan normaal, denkt Arends. “Maar dat moeten we voor lief nemen, we stellen veiligheid boven kou.” “Spreek met elkaar af wat je openzet”, zegt Wilmes. “De ervaring leert dat mensen daar meestal samen wel uitkomen. Het helpt ook dat het werk op de universiteit een dynamisch karakter heeft. Maar weinig mensen zitten acht uur achter elkaar met dezelfde mensen in dezelfde kamer.”
Daarnaast komen er informatieposters in alle ruimtes. “Met daarop of het een kamer met mechanische of natuurlijke ventilatie en instructies voor hoe het beste te luchten”, zegt Arends.