“Wij willen het SBE-onderzoek per thema clusteren”, zegt Mark Sanders, hoogleraar internationale economie en een van de kartrekkers van MORSE, waar alles draait om grote maatschappelijke problemen. Denk aan het klimaat, technologische ontwikkelingen, HR-beleid van bedrijven. Het liefst in samenwerking met bedrijven en andere partijen. Ieder speerpunt krijgt extra geld om onderzoek op te zetten of te ondersteunen. Vijf ton de komende vijf jaar.
Sanders is heel duidelijk in wat hij niet wil. “Geen nieuwe statistische technieken of theoretische discussie op de vierkante millimeter.” MORSE richt zich bijvoorbeeld duurzame zorg. De vergrijzing stuwt de vraag naar zorg steeds verder op. Er is nu al sprake van een tekort aan zorgpersoneel. “Moeten we in de toekomst keuzes maken over wie wel en wie niet behandeld wordt? Of zijn er manieren om de zorg efficiënter te organiseren, zodat we iedereen kunnen blijven helpen?” Onderzoekers die hier – samen met zorgverleners en andere betrokken partijen – naar willen kijken, kunnen hulp krijgen van MORSE. Dat kan steun zijn in de vorm van geld of expertise van een van de 76 onderzoekers die zich – op vrijwillige basis – bij MORSE hebben aangesloten.
Sanders eigen onderzoek richt zich op de economische effecten van extreem weer in verschillende regio’s in Europa en de rol die ondernemerschap daarin kan spelen. De hoogleraar onderzoekt of regio’s met een goed ondernemersklimaat veerkrachtiger (de klap komt minder hard aan en de gebieden zijn er sneller bovenop) zijn wanneer ze worden getroffen door een natuurramp dan een omgeving met weinig bedrijvigheid. Daarnaast zou hij graag met de psychologiefaculteit willen kijken of er overeenkomsten zijn tussen mensen die goed met crises om kunnen gaan en succesvolle ondernemers. “Interdisciplinair onderzoek is belangrijk.”
Ook in het onderwijs wil Sanders meer met ‘echte’ problemen aan de slag. “Met het probleemgestuurd onderwijs heb je dan natuurlijk al goud in handen. Er worden al veel praktijkvoorbeelden gebruikt die aansluiten bij het lesmateriaal.” Voor een nieuw keuzevak bij SBE ‘Economics of Transition and Resilience’ ging Sanders nog een stapje verder. Geen lesstof, maar een casus in overleg met het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat. “De opdracht aan studenten: bedenk nieuwe manieren om de CO2-emissie te reduceren om klimaatverandering aan te pakken. De studenten sloten het vak af met een conferentie op het ministerie en presenteerden daar een pakket aan economisch onderbouwde voorstellen. Dat ging van standaarden voor biobrandstof in de internationale scheepvaart tot het produceren van meer suikerbieten als groene grondstof voor de chemische industrie. Ik wil voor volgend jaar graag een casus uit Brussel.”
De MORSE-onderzoekers zijn hoofdzakelijk economen, zegt Sanders. “Van bedrijfseconomen tot statistici tot algemene economen. Maar ook wetenschappers van andere faculteiten zijn welkom. Als je naar de wereldproblemen kijkt, is het onmogelijk om binnen je eigen discipline te blijven.” Dat betekent ook dat MORSE-onderzoek waarschijnlijk niet in de top van de economische vaktijdschriften terechtkomt, waarschuwt hij. Maar economische analyse kan wel een relevante bijdrage leveren aan een artikel in een journal voor klimaatwetenschap. Een voorbeeld: “In de economische modellen die klimaatwetenschappers gebruiken om voorspellingen te doen over de gemiddelde temperatuurstijgingen wordt aangenomen dat investeringen in verschillende technologieën in alle landen tegen ongeveer dezelfde kosten gefinancierd kunnen worden. Dat is niet zo. Een financieel stabiel land als Duitsland leent tegen een lager percentage dan bijvoorbeeld Griekenland. Wat gebeurt er als je deze verschillen meeneemt in de analyse? Dan kom je ongetwijfeld tot heel andere scenario’s.”