Een situatie als afgelopen najaar wil de Universiteit Maastricht niet meer meemaken: studenten die noodgedwongen in hotels overnachtten, bij vrienden op de bank sliepen, uitweken naar Heerlen of Aken, of lange autoritten maakten van het ouderlijk huis naar de faculteit. Het zou om 150 mensen gaan dacht de UM, maar gemeenteraadslid Alexander Lurvink (zelf masterstudent), die zich inzet voor de gedupeerden, had het over vierhonderd. De UM greep ad hoc in, onder andere met online onderwijs voor ‘daklozen’ en zo’n veertig extra kamers aan de Heksenstraat en in residentie Gerlachus.
Mecc
Nu is het volgende instroommoment – februari – in zicht. De meeste zorgen zijn er over de uitwisselingsstudenten die naar de UM komen (zo'n 200). Het Guesthouse heeft minder kamers vrij omdat een deel beschikbaar is gesteld aan reguliere studenten vanwege de huisvestingscrisis. Maurice Evers, hoofd Maastricht Housing, noemt het Mecc als noodoplossing, maar zegt tegelijkertijd dat het “weinig kans van slagen” heeft. “Het zou – als de Tefaf niet doorgaat – alleen in januari en februari kunnen, omdat in maart het congresseizoen weer begint. Bovendien zijn de kosten erg hoog, het loopt in de tonnen om in de Zuidhal aparte units te maken.”
Bij de gemeente en de woningcorporaties kreeg de UM nul op het rekest. “De corporaties hebben niets tijdelijks en willen er ook niet in investeren. Wat wel nog een mogelijkheid is: hopen dat ze de onderhuurmogelijkheden verruimen, zodat studenten die op uitwisseling of stage gaan, makkelijker hun kamer kunnen onderverhuren. Met de gemeente hebben we intensief overleg, over kantoorpanden die getransformeerd kunnen worden, over hun eigen vastgoed, en ook over de oude gevangenis Overmaze, maar er is niets geschikt voor op korte termijn.”
Premaster
Over de reguliere nieuwelingen die in februari aan de UM gaan studeren, maakt men zich minder zorgen. De afgelopen maanden zijn er zo’n 1200 studenten afgestudeerd, waarvan een deel al is verhuisd naar een andere woning in Maastricht of naar een andere stad. Evers: “Daarbij is de woonbehoefte onder de nieuwe studenten laag.” Een derde start in februari met een premaster, komt van het hbo en woont vaak nog bij de ouders in de regio. Een andere grote groep gaat de doorstroommaster volgen en woont al hier. Desondanks houdt hij een slag om de arm: “Niks is zeker. Misschien dat studenten die de afgelopen tijd noodgedwongen zijn neergestreken in Heerlen nu toch nog gaan zoeken naar een onderkomen in Maastricht.”
Sittard en Heerlen
Kijkend naar september, zegt Evers “de druk” te voelen. Volgens de voorspellingen zijn er zo’n 700 tot 1000 extra kamers nodig. “Het wordt een hele opgave.” De UM richt haar pijlen voorlopig op Sittard (260 woningen in het oude DSM-hoofdkantoor) en Heerlen (120 studio’s van Live & Be), “niet ideaal, maar de reistijd is gelukkig beperkt”. In Randwyck, waar de UM eigen grond heeft – daar waar ooit de Calatrava campus had moeten verrijzen –, ziet Evers mogelijkheden voor 500 ‘containerwoningen’. “Maar ga er maar aan staan. Er moet een bestemmingsplanwijziging en omgevingsvergunning worden aangevraagd, een ontwikkelaar geselecteerd worden, bodemonderzoek plaatsvinden en vervolgens units geplaatst worden. Kort dag, maar we gaan alles in het werk stellen om het op tijd voor elkaar te krijgen.”
Einsteincampus
Pas in 2023 komt er ademruimte, onder andere door de bouw van 500 studentenwoningen aan het Duboisdomein. De ‘Einsteincampus’ wordt die binnen de UM genoemd, vanwege de ligging naast de ET Pathfinder, de testfaciliteit voor de Einstein Telescope in het faculteitsgebouw van Science and Engineering.
Verder wil woningcorporatie Maasvallei zo’n 200 eenheden gaan bouwen op een parkeerterrein bij het MSM-gebouw in Randwyck en komen er 100 kamers bij op de Limburglaan. Evers: “Hoopvol, maar er zitten altijd risico’s aan. Wat als de aannemer problemen tegenkomt? Wat als de oplevering toch niet lukt? Bovendien zijn die eenheden er pas in 2023.”