Het laatste nieuws over de ontgroeningspraktijken in Groningen: de student die een hersenoedeem opliep zou het slachtoffer zijn geworden van een persoonlijke vete, zo melden noordelijke media. Het Vindicatlid dat het nodig vond om op het hoofd van deze ‘feut’ te gaan staan had kennelijk nog een rekening met hem te vereffenen. Erg genoeg, maar opvallender nog is dat de omstanders, ouderejaars studenten, niet ingrepen. Die waren te dronken, zo luiden de berichten
Zou dat laatste ook in Maastricht kunnen gebeuren? Dat een ontgroener stevig over de schreef gaat en de rest beschonken toekijkt?
Nee, niet als de vier grote studentenverenigingen zich netjes houden aan de gedragscode die ze hebben ondertekend. Daarmee hebben ze zich namelijk verbonden aan een “restrictief alcoholgebruik” tijdens de groentijd, niet alleen voor de nieuwelingen maar voor alle verenigingsleden. Nu hebben studenten en hun verenigingen nogal een reputatie op te houden als het om alcohol gaat, dus de vraag is of het ook zo uitpakt. Bij Tragos in ieder geval niet, meldt een ‘feut’ die daar de ontgroening heeft meegemaakt en die uitdrukkelijk anoniem wil blijven: “Wij kregen alleen water, maar de ouderejaars waren vaak genoeg behoorlijk dronken.”
In Maastricht is in 2009 een Gedragscode Introductietijd ingevoerd en daarna gestaag geactualiseerd. Het gaat om een officieel UM-document dat jaarlijks ondertekend wordt door de voorzitters van de vier grote verenigingen: Koko, Saurus, Tragos en Circumflex. De onafhankelijke disputen staan niet in dat rijtje, hoewel ook daar ontgroend wordt, zij het niet overal in dezelfde mate. Die afzijdigheid, dat gaat veranderen, zegt de directeur van het studentenservicecentrum (SSC), Pascal Breuls. “En niet op basis van vrijwilligheid”, voegt rector magnificus Rianne Letschert daaraan toe. Het gaat om de disputen die aangesloten zijn (een kleine 30) bij de koepelorganisatie ‘Onafhankelijk Maastricht’.
De houding van het universiteitsbestuur en het SSC, die een fatsoenlijk verloop van de introductietijd tegenwoordig uitdrukkelijk tot hun verantwoordelijkheid rekenen, is wel eens wat minder alert geweest. Nog in 2013 schreef de UM-vertrouwenspersoon, Marloes Rikhof, in haar jaarverslag dat er verschillende klachten over de ontgroening waren binnengekomen, dat er ook een Commissie Kennismakingstijden Maastricht bestond, maar dat noch die commissie noch de universiteit zelf zich verantwoordelijk voelde voor de gang van zaken bij de verenigingen. Kortom, klachten over de ontgroening horen bij de verenigingen thuis, nergens anders.
Besturen afzetten
Maar de tijden zijn veranderd. SSC-directeur Breuls laat weten dat hij zo’n vijf keer per jaar individueel met de voorzitters van de verenigingen overlegt, ook over de introductie. En dan zijn er nog de gezamenlijke sessies met alle voorzitters. Verder is Breuls voorzitter van de Commissie Kennismakingstijden (daarin onder anderen een psycholoog, een studentendecaan, de bedrijfsarts) en vormt hij zelf de klachtencommissie waar eerstejaars indien gewenst kunnen klagen over de ontgroening.
De huidige rector, Letschert, is zeer uitgesproken over de noodzaak van universitaire bemoeienis met mogelijke incidenten: “Het zijn studenten van onze universiteit, er is een financiële relatie; dan heb je het dus niet meer over ‘interne kwesties’ zoals ze aanvankelijk in Groningen beweerden, toen bij Vindicat die ‘bangalijst’ en die mishandeling naar buiten kwamen.”
Wat als zoiets hier zou gebeuren? “Daar hoef ik niet lang over na te denken: de bestuursbeurzen intrekken, en de besturen afzetten. En dan kijk je verder.”
Niet dat altijd helder is of dingen niet door de beugel kunnen. Letschert: “Die affaires in Groningen, daar was het overduidelijk, maar verder is er natuurlijk altijd een grijs gebied. Dan moet je de zaken goed onderzoeken. Op dit moment hebben we één melding over de ontgroening van dit jaar. Als blijkt dat die klacht gegrond is maken we openbaar wat er is gebeurd en hoe daar verder mee is omgesprongen. Over dat soort dingen moet je niet geheimzinnig doen.”
Eigen tandenborstel
Een klacht; dan is de gedragscode dus geschonden. Wat behelst die eigenlijk? Een paar elementen: het verenigingsbestuur (of de senaat) kan zich bij wangedrag niet verschuilen achter interne commissies of individuele leden. Het bestuur is verantwoordelijk voor alles wat er tijdens de introductie gebeurt, ook bij de aangesloten disputen.
Verder beloven de besturen naast het ‘restrictieve’ alcoholbeleid een aantal strikte ‘waarborgen’. Zo zijn fysiek en geestelijk geweld verboden; onder dat laatste valt elke vorm van discriminatie. Gedwongen “vernederende handelingen” zijn niet toegestaan, net als machtsmisbruik en een inbreuk op de lichamelijke integriteit. De gezondheid van de ‘feuten’ of ‘nullen’ of hoe ze maar genoemd worden is een zwaar thema: voldoende slaap, zeker zes uur aaneengesloten per nacht, en voldoende eten en drinken. Qua hygiëne moet er gelegenheid zijn om “zich dagelijks waar nodig te wassen en tanden te poetsen”, waarbij in een onthullende voetnoot is toegevoegd: met de eigen tandenborstel.
Kutfeut
Breuls, die nu ruim een jaar SSC-directeur is en twee kennismakingsperiodes in functie heeft meegemaakt: “Het gaat meestal goed, voor zover we weten. Nee, ik ben er niet bij maar ik vertrouw de besturen van de verenigingen, daar bouw je een band mee op. Er is zo nu en dan wel een incident, dit jaar iemand die onvoldoende slaap zou hebben genoten, vorig jaar iemand die zich aangetast voelde in zijn persoonlijke integriteit omdat hij of zij voortdurend niet aangekeken werd. Dat werd vernederend gevonden.”
Vernederingen of een denigrerende benadering, dat lijkt voor de buitenstaander strijk en zet bij een ontgroening. Is het vernederend om als nummer aangesproken te worden? Bij Circumflex, zo vertelt voorzitter Nick Sanders, zijn de aspirant-leden ‘nullen’. Die worden dan aangesproken met ‘nul 26’ of ‘nul 84’. Sanders vindt dat “niet vernederend.”
Maar een Tragos‘nul’, daar toegesproken als ‘feut’ (“en als je iets fout doet: kutfeut”) vond het op een bepaald moment minder prettig om door een dronken ouderejaars steeds en alleen maar voor ‘feut’ uitgekreten te worden. Ook al omdat er flink bij geschreeuwd werd. Maar wat bleek: de student in kwestie meldde het ongemak en er werd zowaar geluisterd. “Daarom ben ik tevreden over de introductietijd bij Tragos”, zegt deze student, “de ontgroeningscommissie had al laten weten dat we moesten melden als we iets niet oké vonden, als iemand over de grens ging. En dat werd dan inderdaad serieus genomen.”
Kopje onder
Bij Circumflex en Saurus (Koko valt hier enigszins buiten omdat ze daar geen traditionele ontgroening kennen) benadrukken de voorzitters eveneens dat er intern veel toezicht is. “Op zo’n honderd eerstejaars hebben wij 75 ouderejaars die de boel in de gaten houden”, zegt Circumflexvoorzitter Sanders. “Er zijn strenge protocollen die altijd nageleefd worden. We willen niet riskeren dat ons de introductietijd wordt afgenomen”. Toch gaan over Circumflex net de wildste verhalen. Bijvoorbeeld over die grote bak met etensresten (bij vorige edities naar verluidt: kots en andere viezigheid) waar de nullen doorheen worden gejaagd, kopje onder, en dat ze daarna niet eens mogen douchen, alleen maar een beetje de handen en het gezicht mogen wassen. Sanders: “Klopt niet, ze hoeven niet kopje onder, ze worden erna afgespoten en diezelfde avond nog mogen ze onder de douche. Bovendien bestond de inhoud van die bak grotendeels uit modder, maar dat hebben we er niet bij gezegd.” Ook van drankmisbruik zou er geen sprake zijn. Datzelfde zegt Lotte Hoogkamer van Saurus: “Wij zijn een sportclub, het sportieve element is belangrijk, er wordt ook gewoon geroeid in die vier dagen van de introductie.”
Geheimhouding
Het blijkt extreem moeilijk, en dat jaar in jaar uit, om eerstejaars studenten over hun ervaringen tijdens de ontgroening te laten vertellen. Slechts een enkeling is bereid een tipje van de sluier op te lichten. Moeten de eerstejaars hier, net als in Groningen, een verklaring tekenen waarin ze beloven niets over de ontgroening naar buiten te brengen? Bij Vindicat stond daar ook nog eens 25 mille boete op.
Nee, zo absurd gaat het er in Maastricht niet aan toe. Bovendien, de gedragscode verbiedt met zoveel woorden een dergelijk afgedwongen zwijgen. Er kan hooguit “gevraagd” worden aan de nieuwelingen om “ludieke verrassingen” niet te verklappen. Bij Saurus, zegt voorzitter Hoogkamer, wordt de studenten geen verklaring voorgelegd, “en volgens mij wordt het ook niet eens gevraagd. De sfeer is gewoon zo dat je niet vertelt wat er precies gebeurt. Het geeft een sterkere onderlinge band als je met z’n allen niet weet wat je te wachten staat.”
Bij Circumflex wordt wel gevraagd om alles “intern te houden”, maar dan achteraf, zegt Sanders, en niet schriftelijk. “Want de ontgroening is in principe elk jaar hetzelfde en anders is de verrassing eraf.”
Tragos blijkt de uitzondering, vertelt een student: “Wij moesten vooraf een verklaring tekenen dat we niets zouden vertellen over de inhoud van de ontgroening.” Een kopie daarvan werd niet verstrekt, “ze namen het weer mee, het was een beetje een vodje met een paar alinea’s. Achteraf weet ik niet of het erg serieus was.”.
Tragosvoorzitter Max Andriessen heeft het er aan de telefoon een beetje moeilijk mee als hij hiermee wordt geconfronteerd. Eerst wil hij “geen uitspraken doen”, dan vraagt hij drie keer om welke gedragscode het nu eigenlijk gaat, vervolgens laat hij weten dat ze zich bij Tragos “aan de regels houden die opgelegd zijn door de universiteit”. Hij belooft na enig aandringen er “best naar te willen kijken” maar is de volgende dag telefonisch onbereikbaar, sterker nog, Tragos gooit om 16.00 uur al de voicemail erop terwijl ze pas om 17.00 uur officieel hun kantoor sluiten.
Wat ook nieuw voor hem is: de werking van de gedragscode is met ingang van dit jaar verruimd. Hij geldt niet meer alleen in de introductietijd. “O”, zegt Andriessen, “dat wist ik niet”. Het staat in een speciaal addendum waarin de verenigingsbesturen verklaren dat de code voortaan het hele studiejaar van toepassing is. Dat betekent dus onder meer, voor alle leden en altijd: een ‘restrictief alcoholgebruik’. Gaat dat lukken? Zelfs Pascal Breuls trekt desgevraagd veelbetekenend zijn wenkbrauwen op.
Nog even terug naar de geheimzinnigheid rond de ontgroeningen. Ook rector Letschert vraagt zich af waar die goed voor is. “Als je niets te verbergen hebt, waarom zou je dan de deur niet openzetten? Niet bij de ‘ludieke verrassingen’ in het programma, dat snap ik, maar verder?” We leggen het voor: zou bij de drie verenigingen volgend jaar een verslaggever van Observant mee mogen lopen tijdens de groentijd?
“Dat gaat niet gebeuren”, zegt Andriessen van Tragos met grote stelligheid.
“Dat gaan we niet doen”, zegt Sanders van Circumflex.
Alleen Hoogkamer van Saurus reageert iets minder afwijzend. Ze aarzelt: “Ik heb het er niet met de rest van het bestuur over gehad, en ik denk dat het voor nieuwe studenten minder leuk wordt, minder spannend als ze het jaar daarna gewoon een bekend programma afdraaien.”
Goed, maar is het überhaupt bespreekbaar?
“Tja, eventueel wel, als maar niet alles in detail naar buiten komt.”