De wereld verbeteren dus. Ook als directeur van het SSC. Ze grinnikt: “Het klinkt hoogdravend, maar zo bedoel ik het niet. Het gaat soms om heel kleine stapjes (denk aan het toegankelijker maken van onze trainingen en workshops die de veerkracht van onze studenten vergroten), maar dat alles lukt beter als je de leiding hebt over een groep.” Dat was de vraag: waarom wil je leiding geven? Iets wat ze al meer dan tien jaar doet, eerst bij de Postcode Loterij, nu als directeur van het SSC. Bij de eerste, veel kleinere organisatie, kwam ze voort uit de groep en had ze ook als manager nog direct contact met ‘goede doelen’. Dat is nu anders. Het SSC is vele malen groter, met zo’n 450 mensen die werken in tal van disciplines: van sport, psychologische hulp, summerschool, inschrijvingen tot de toetsen in het MECC.
Fouten maken mag
Schreuders is niet de baas die het beter weet, klinkt het. Ze heeft respect voor de professionaliteit van haar staf en vertrouwt op hun expertise. “Ik ben nieuwsgierig, wil heel graag veel van zaken weten en stel daarom vragen aan mijn team: waarom zouden we dit moeten doen? Hoe ben je tot die conclusie gekomen? Wat als plan A niet werkt? Ik wil dat mensen hun kennis en kunde optimaal kunnen inzetten. Fouten maken mag, dat is een grondrecht, voor iedereen, ook voor mezelf. Mijn mening doet er niet per se meer toe omdat ik de directeur ben. Al zal ik wel uiteindelijk - op basis van de verschillende adviezen - de knoop moeten doorhakken.”
Tegenspraak
Ze is absoluut niet bang voor tegenspraak. Sterker nog: “Dat moet. Het is soms verdomde onhandig, maar je kunt je werk alleen doen als mensen ook tegengas durven geven. Daarvoor moet je vertrouwen hebben in elkaar en zorgen voor een klimaat waarin mensen geen blad voor de mond nemen.” Is dat gelukt het afgelopen jaar? “Ja, dat denk ik wel. Ik heb toevallig onlangs aan mijn managementteam gevraagd: geef me een beoordeling nu ik hier een jaar zit. Niet op een formulier, maar tijdens een gesprek. Dat durven ze.”
Compassie
Ze volgde eerder een leiderschapsprogramma bij Moonen en Partners in Amsterdam. Ze heeft er veel geleerd, bijvoorbeeld dat een goede voorbereiding op een gesprek loont, dat schept vertrouwen bij degene aan de andere kant van de tafel. Maar ook dat zij alleen de leider kan zijn die ze wil zijn als bepaalde waarden de ruimte krijgen: ten eerste haar nieuwsgierigheid, die moet ruim baan krijgen. Net als het tonen van compassie als iemand het moeilijk heeft. “Het gaat erom dat je het probleem ziet en samen kijkt hoe het opgelost zou kunnen worden. De valkuil is dat je gaat verzorgen, een vader of moeder voor iemand wordt, waardoor je een afhankelijkheid creëert. Je moet altijd het gesprek aangaan in totale gelijkwaardigheid, ook al ben jij de baas.” En dan is er nog het grote belang dat ze hecht aan integriteit: “Als regels gelden voor iedereen, dan gelden die ook voor jou.”
Waar ze ook niet buiten kan, of ze nu leidinggevende is of niet: “We kunnen niet zonder plezier, humor en lol met elkaar. Dat moet onderdeel zijn van elke werkdag.”
Het stopt nooit
“Wat is het moeilijkste aan leiding geven? Ze aarzelt geen moment: “Dat het nooit ophoudt, dat je nooit kunt zeggen: deze week ben ik geen directeur. Soms is het fijn om het even uit te zetten. Op vakantie probeer ik het wel, net als in de weekenden, maar in mijn werk krijg je soms te maken met acute situaties. Denk aan een brand in een studentenhuis, of een student die zich van het leven berooft. Dan moet ik er zijn. Ik check mijn mail daarom ook op zaterdag en zondag, al kan ik ook ontspannen. Ik sport iedere dag een half uur en lees iedere ochtend een half uur voor ik aan het werk ga.” En dan is er nog haar gezin, man en drie kinderen, dat ervoor zorgt dat het werk niet altijd op één staat.
President van de Waorani
Op de vraag wie haar voorbeeld is, klinkt er lachend: “Ik heb er twee.” Naast haar oude baas bij (en oprichter van) de Postcode Loterij, Boudewijn Poelmann (“radicale vrije denker, inspirerend, geeft mensen de ruimte, stelt zulke goede vragen dat een gesprek soms een heel andere wending krijgt: ‘O, zo kun je er ook naar kijken’”), noemt ze Nemonte Nemquino, een milieuactiviste en de eerste vrouwelijke president van een stam uit het Amazonegebied in Ecuador: de Waorani van Pastaza. “Ik heb haar drie jaar geleden ontmoet in Ecuador. Haar volk wordt bedreigd door mijnbouw en de bijbehorende ontbossing en het lozen van giftige stoffen. Normaal beschermt deze stam zich met speren, maar Nemonte strijdt met de pen. Zij studeerde rechten, verzamelde bewijs tegen de mijnbouwers en toog daarmee naar de rechtbank in Quito en won. Haar moed, haar doorzettingsvermogen en haar effectiviteit bewonder ik. Zij staat inmiddels op het mondiale toneel en geeft haar strijdmethode nu door aan andere stammen.”