“Ons onderwijsmodel draagt nog steeds de littekens van het 19e-eeuwse model, dat een weerspiegeling was van de 19e-eeuwse standenmaatschappij toen onderwijs het voorrecht was van een hele kleine elite”, aldus Dijkgraaf. Dat is volgens hem ook terug te zien in ons taalgebruik als we het hebben over ‘hoger’, ‘lager’, ‘stapelen’ en ‘topprestaties’. De minister wil het beeld een kwartslag draaien; van een trap naar een waaier. “Met waardering voor de volle breedte aan opleidingen.”
Emancipatie MBO
De academische wereld kan leren van het beroepsonderwijs en vice versa, vindt Dijkgraaf. “Ik denk dat de opdracht nu is om de historische weeffouten in ons systeem te herstellen. Dat vraagt om een bredere blik vanuit het wetenschappelijk onderwijs en een verdere emancipatie van het beroepsonderwijs, met name van het mbo, waar een aanzienlijk deel van onze jongeren studeert.”
Hij kijkt daarbij ook naar de studenten zelf, refererend aan het feit dat mbo-studenten vaak niet welkom zijn tijdens de introductieweek of geweigerd worden in studentenkroegen. “Ik zou graag zien dat alle studenten gegund wordt volwaardig te kunnen genieten van alle aspecten van het studentenleven.”
Kronkelpaadjes
Ook op persoonlijk vlak verwacht Dijkgraaf inzet van de studenten. Het moeilijkste is niet om de volgende stap op een recht pad te zetten, zegt hij, maar om “die klein stap opzij te zetten, uit je eigen groef.” Er moet rust en ruimte zijn om “het kronkelpaadje” af te lopen, in plaats rechtstreeks van A naar B te gaan. Niet alleen tijdens de studie, maar ook tijdens de rest van je leven.
Instellingen kunnen meer samenwerken en hun studenten meer opties bieden, gaat Dijkgraaf verder. “Meer en meer zien we die kronkelpaadjes over de grenzen van de disciplines gaan. Daar waar verschillende vakgebieden tegen elkaar aanbotsen, vinden de spannendste ontwikkelingen plaats.” Hij plaatst daarbij een kanttekening: “Die ruimte om je breed te oriënteren is vaak voorbehouden aan onze meest selectieve opleidingen. In university colleges, in honour classes, in kunstvakopleidingen, ja daar vind je de vrijheid om in meerdere vakgebieden te grasduinen en krijg je de extra zuurstof om ergens diep in te duiken, gewoon omdat het je fascineert.” Die ruimte zou er voor iedere student moeten zijn, vindt Dijkgraaf, het liefst voor iedere Nederlander.
Systeem
Uiteindelijk doet de maatschappij zichzelf tekort door vast te houden aan het model van de trap, zegt de minister. Zonder deze “opwaartse kracht” is er minder prestatiedruk, minder stress. Is er meer aandacht voor andere kwaliteiten in mensen dan de “makkelijk te meten en te testen cognitieve vaardigheden. Uiteindelijk gaat het niet alleen om het eindresultaat, maar ook om het begin. Deze generatie jonge mensen moet niet in het systeem passen, het systeem moet hen ook passen.”