Met de e-mail waarin de cyberaanval wordt opgeëist, stapte Observant naar de politie. Een DDos-aanval, waarbij een server zo massaal wordt belaagd dat websites onbereikbaar worden, geldt als een misdrijf dat tot gevangenisstraf kan leiden. Cyberspecialisten van de politie deden onderzoek, maar ze konden de daders niet achterhalen. Wel concluderen zij dat het hier (“bijna 100 procent zeker”) gaat om een gekochte DDos-aanval; voor een paar tientjes valt dat al te regelen.
Om het lopende onderzoek niet te belemmeren, besloot Observant pas na afloop daarvan over het opeisen van de cyberaanval te publiceren. Het onderzoek is inmiddels stopgezet; officieel vanwege een gebrek aan bewijs, maar feitelijk vanwege tijdgebrek bij de recherche.
De e-mail
Observantonline.nl lag plat van 11 tot en met 13 januari. Op 24 januari stuurden de anonieme daders – ze hanteren zelf de meervoudsvorm ‘we’ – een Engelstalige e-mail aan de redactie (net als aan verschillende queer- en antiracisme organisaties en lokale media, meldden ze). De kop: “Wat er echt gebeurde en waarom”.
Daarin beschuldigen ze Observant van “valse journalistiek en hatelijke opinieartikelen”. Het blad zou een podium aan “extreemrechts” bieden. Ook wordt de redactie “racisme” en “transfobie” verweten. Wie “mensen pijn doet”, kan hetzelfde terugverwachten, luidt de boodschap. Als Observant opnieuw iets publiceert dat niet naar hun zin is, halen ze de site wederom uit de lucht, waarschuwen ze.
College van bestuur
“Not done, shocking”, reageert Rianne Letschert, collegevoorzitter van de Universiteit Maastricht. “Dat een onafhankelijk universiteitsblad wordt platgelegd, raakt de vrijheid van pers en van meningsuiting. Daar nemen we als college van bestuur afstand van. Als je het ergens niet mee eens bent, als je van mening verschilt, dan voer je op een respectvolle manier het debat. In een dialoogsessie of via de krant/site met open brieven, maar je gaat niet een website uit de lucht halen.” Wie de daders zijn, zal misschien altijd onduidelijk blijven, maar Letschert hoopt dat “organisaties die verbonden zijn aan de UM zich nooit verlagen tot zulke acties”.
FOM
“Extreemrechts” en “racisme”; die verwijten had de redactie nog niet eerder gehoord. ”Transfobie” wel, in e-mails van de studentengroep Feminists of Maastricht (FOM). De studenten zijn het oneens met de gekozen taal in een nieuwsbericht van november vorig jaar.
Dat artikel ging over een door de UM gesponsorde actie van FOM en haar subgroep Bloody Serious om her en der in de universitaire toiletten gratis tampons en maandverband neer te leggen. Observant schreef in dit verband over vrouwen als gebruikers van dit materiaal, FOM vindt echter dat niet alleen vrouwen menstrueren en wilde dat vrouwen in mensen werd veranderd. Daarin ging de redactie niet mee. Het “transfobe” stuk moest worden aangepast of verwijderd, eisten ze in een e-mail, anders “zullen we onze gemeenschap mobiliseren”.
Persvrijheid
De hoofdredacteur wijdde een redactioneel aan de kwestie. De strekking: persvrijheid is een groot goed, en ja, men mag het met bepaalde keuzes niet eens zijn, daarvoor is er een ingezondenbrievenrubriek, maar agressieve taal en bedreigingen gaan alle perken te buiten. Bovendien, schreef ze, gaat het hier om een vrij nieuwe discussie in het genderdomein die nog lang niet is uitgekristalliseerd in algemeen aanvaarde conclusies. Sympathisanten van FOM lieten van zich horen in comments op de site, wederom werd de redactie meermaals beschuldigd van transfobie.
Indymedia
Een UM-medewerker wil hierna publiekelijk reageren, maar dan wel anoniem, uit angst voor intimidatie en agressie. Dat opiniestuk, waarin de schrijver het oneens is met de genderbenadering van FOM c.s., was kennelijk de druppel voor de Observantcritici. Dat blijkt als de daders van de DDos-aanval zich niet alleen bij de redactie melden met een e-mail, maar ook publiceren op het Nederlandstalige platform Indymedia.nl (iedereen kan er “alternatief nieuws” op kwijt). Deze keer wordt er ook naar het opinieartikel van de UM-medewerker verwezen; het zou “extreem transfoob” zijn.
Mobiliseren
Hoorde de DDos-aanval bij het “mobiliseren van onze gemeenschap”, zoals studentengroep FOM eerder in de e-mail aan de redactie aankondigde? Daar valt geen zinnig woord over te zeggen. Op een verzoek van de redactie aan Natalia Nieczypor, FOM-bestuurslid en voorzitter van Bloody Serious, of ze enkele vragen wil beantwoorden, zegt zij dat de groep geen contact meer wil.
Instagram
Maar hoe zit het met tien anonieme Maastrichtse studenten die zich sinds 15 januari hebben verenigd in Periods have no gender? Ze beheren een gelijknamig Instagramaccount en verspreiden her en der posters in de stad waarin ze het universiteitsblad van discriminerend taalgebruik beschuldigen. Plus: ze hebben een website die geheel gewijd is aan de “schokkende gebeurtenissen” tussen FOM en Observant. Daarop wordt de e-mailcorrespondentie tussen FOM en de Observantredactie uitgebreid besproken.
Desondanks ontkent Nieczypor dat FOM en Bloody Serious betrokken zijn bij Periods have no gender.
Vind-ik-leuks
Dat de cyberactie om Observant uit de lucht te halen op instemming uit bepaalde kringen kan rekenen, blijkt wel als het anonieme Periods-groepje op haar Instagramaccount de e-mail van de daders van de DDos-aanval plaatst. Voorzien van een juichende aanbeveling. Daarop volgen ‘Vind-ik-leuks’. Meest opvallende afzender: FOM. Maar ook Let’s Talk About YES (een publiekscampagne van Amnesty International waarvan de UM onlangs een manifest tekende) en een aantal individuen die zijn gerelateerd aan organisaties die onder het Diversity and Inclusivity Office van de universiteit vallen.
Een grens
“Ik heb geen bezwaar tegen vreedzaam activisme, om te laten weten dat je inclusiviteit aan de universiteit belangrijk vindt, maar er is een grens aan hoever je kan gaan", reageerde diversity officer Constance Sommerey onlangs desgevraagd. “Dat een organisatie die met de UM samenwerkt, een criminele daad, zoals een cyberaanval, ‘romantiseert’ en leuk vindt, vind ik problematisch. Ik ga de organisaties hierop aanspreken.” Collegevoorzitter Rianne Letschert sluit zich daarbij aan: “Dit doe je niet. Laat ik het ‘bijzonder’ noemen.”
Inmiddels hebben zowel FOM als Let’s Talk About YES hun likes op de Instagrampost verwijderd. Sommerey: “Ik heb het er met ze over gehad en ze hebben het begrepen.”
Lees ook het redactioneel dat hoofdredacteur Riki Janssen vandaag over deze kwestie heeft geschreven: "Hoe een discussie zo kon ontsporen".